1. Geef het tekenverloop van de functie $f(x) = -x^2 + 6x -3$.
2. Geef de coëfficiënt bij $x^4$ in de ontwikkeling van $(1-2x)^5$.
Vraag ook coëfficiënten bij $x^5, x$ en $x^0$. Dit zijn de eenvoudigste om te bepalen. De coëfficiënten bij $x^2$ en $x^3$ bepalen vraagt heel wat meer rekenwerk.
3. Bepaal het domein van $f(x) = 2x^3-2x^2+3x+4$.
Gebruik elke willekeurige veeltermfunctie; het domein is steeds $\mathbb{R}$.
4. Bepaal de getalwaarde van $f(x)= x^4-3x^3+5x-2$ in $x= 3$.
Voor deze zeer eenvoudige oefening kan je eender welke veelterm nemen en bij voorkeur een $x$-waarde die het rekenwerk niet onnodig moeilijk maakt.
5. Bepaal de $x$-coördinaat van de top van de functie met als functievoorschrift $f(x) = 3x^2+4x-3$.
6. Vul de factor aan die nodig is om een ware gelijkheid te verkrijgen:
Bespreken van het verloop van functies kan men doen voor onder andere veeltermfuncties, rationale of irrationale functies.
Het voorbeeld hieronder is volledig gebaseerd op de functie met als functievoorschrift $g(x) = x^3-3x^2+2$.
1. Bepaal het domein van de functie $f$.
2. Bepaal het bereik van de functie $f$.
3. Bepaal de nulpunten van de functie $f$.
4. Bepaal $\lim_{x \to +\infty}f(x)$.
Bepaal ook de limiet voor $x \to -\infty$.
5. Vul de tekentabel verder:
Ideaal zou zijn mocht deze oefening geïmplementeerd kunnen worden door de nulpunten in de tabel te zetten en de onderste rij ($f(x)$) te laten aanvullen.
6. Bepaal de afgeleide van deze functie $f$.
7. Duidt aan welke grafiek bij deze functie hoort.
Andere functies waarvoor dezelde vragen gesteld kunnen worden (bespreking van de functie)
Ook andere veeltermfuncties, rationale en irrationale functies kunnen hier dienst doen.
8. De rechte door de punten $(0,0)$ en $(3,6)$ en de rechte met vergelijking $y=2x+3$ zijn
1. Bepaal $f(g(2))$ als je weet dat $f(x)=x+3$ en $g(x)= 2x$.
2. Stel dat $f(x) = 2x+1$ en $g(x) = x^2-2$.
Mogelijke korte vragen bij dergelijke oefening
1. Bepaal quotiënt en rest bij deling van $x^4+x^3+3x^2+12x+6$ door $x^2-x+4$.
Deze vraag kan gesteld worden voor elke twee veeltermen waarvoor de graad van de deler kleiner of gelijk is aan de graad van het deeltal.
2. (Variant op vraag 1) De rest bij deling van $x^4+x^3+3x^2+px+q$ door $x^2-x+4$ is 0. Bepaal $p$ en $q$.